Geplaatst op 11 februari 2019
Moeder GodsOok wel Moeder Gods van de Niet verwelkende bloem genoemd.
Deze icoon is gebaseerd op een hymne uit de negende eeuw, waarin de reinheid van Maria wordt geroemd: Gegroet, Roos die nooit vergaat.
Dit icoontype ontstond in de 17e eeuw op de berg Athos en werd met name in Griekenland en op de Balkan enorm populair. De oudst bekende Russische icoon van dit type dateert uit 1757. Tijdens de Oktoberrevolutie werd de icoon verstopt in een vrouwenklooster bij Moskou.
Iconografie
De Moeder Gods is in driekwart lichaamslengte afgebeeld en boven haar hoofd bevindt zich een prachtig versierde kroon. Als Koningin der Hemelen is haar kleding is eveneens rijk versierd. In haar rechter hand houdt Maria een scepter vast, waaruit bloemen groeien. De kleine Koning der Hemelen, Jezus, eveneens gekroond en met een rijk versierd kleed, zit op haar linker arm. Hij draagt een wereldbol met een kruis erop in de linker hand. Met zijn rechterhand maakt hij een zegenend gebaar. Moeder en Kind zijn omgeven door bloemen. Rechts van Maria zijn nog enkele attributen te zien die verwijzen naar de hymne: een kaars (welriekende kaars), koningsdeurtjes (geopende hemelpoort), een wierookvat (Verheug U, welriekend wierookvat), allemaal symbolen voor de reinheid van Maria. In de linker- en rechter bovenhoek zijn de zon en de maan te zien. De kroon van de Moeder wordt vastgehouden door twee engelen. In de rechter benedenhoek bevindt zich een tafeltje met daarop een orthodox kruis.
Inscriptie
ΜΡ θΥ (Meter Theou’, ‘Moeder Gods’)
IC XC (Jezus Christus)
Formaat: 25 x 30 cm